Top motorwegen  in Europa


Uiteraard ben ik ook zeer geïnteresseerd in jouw favoriete motorweg / motorpas in Europa. Laat het mij weten via het contactformulier of via email!


Motorrijders zijn gek op de hoogste bergpassen van de Alpen. Om een prachtige route te rijden op de motor, te genieten van het uitzicht en een inspanning van formaat te leveren. In de Alpen zijn tal van indrukwekkende bergpassen te vinden. Middels talloze haarspeldbochten kronkelen de mooiste bergwegen van de wereld zich naar de top. Hier een opsomming met een korte beschrijving van een aantal van deze mooie passen en andere prachtige bestemmingen in Europa:


Kijk hier voor een overzicht van passen in Europa ( weergegeven in Google maps )


Download
Bergpassen in Europa
Open het bestand bijvoorbeeld in Garmin BaseCamp. Dubbelklik op de pasnaam voor meer info over hoogte en positie van de desbetreffende pas.
Bergpassen_Europa.gdb
exe Bestand 48.7 KB

Kijk op de site: Alpentourer.nl naar actuele informatie over openingstijden van de diverse passen in Europese landen.


Download
PDF file met de GPS coördinaten van 55 alpenpassen
gps-coordinaten-alpenpassen.pdf
Adobe Acrobat document 50.5 KB

Deze fantastische motorwegen verdienen jouw aandacht


Atlantic Road (Atlanterhavsveien) - (Noorwegen)

In de buurt van de Trollstigen in Noorwegen vind je de 8 kilometer lange Atlanterhavsveien. Het asfalt voert je op spectaculaire wijze dwars door de Atlantische oceaan! Je rijdt over acht bruggen die verschillende eilanden verbinden met het vasteland. Bijzonder zijn verder de scherpe bochten, het woeste landschap en het fenomenale uitzicht op de Atlantische Oceaan. Met een beetje geluk kun je op deze route walvissen spotten.

 

Gamle Strynefjellsvegen (Noorwegen)

De toeristische route Gamle Strynefjellsvegen loopt van Grotli naar Videsaeter en behoort tot de mooiste routes van Noorwegen. De bergweg gaat over de Strynefjellet en een provinciegrens, hierdoor vormt het een verbinding tussen West-Noorwegen en Zuid-Noorwegen. Bij deze route is het voornamelijk de weg zelf die ervoor zorgt dat het tot de meest prachtige van het land maakt. De weg brengt je terug in de tijd en laat je genieten van vakmanschap en natuurlijk ook van het Noorse landschap. Het hoogste punt van de eeuwenoude weg is gelegen op 1139 meter boven zeeniveau. De toeristische route Gamle Strynefjellsvegen is onderdeel van de National Scenic Routes, of Nasjonale Turistveger in het Noors. Dit zijn officieel de 18 mooiste routes van Noorwegen, uitgeroepen door de Noorse overheid. De ligging van de weg is ook speciaal, het ligt namelijk vlakbij de routes Sognefjellet (➚) en Geiranger-Trollstigen (➚). Beiden zijn ook National Scenic Routes. Tijdens een rondreis is het een aanrader om deze routes met elkaar te combineren.

Aurlandsfjellet (Aurlandsvegen - Noorwegen) 1306 mtr

 

De toeristische route Aurlandsfjellet, ook wel Aurlandsvegen genoemd, is één van de mooiste wegen van Noorwegen. De weg is ongeveer 48 kilometer lang en brengt je tot 1306 meter boven zeeniveau. Onderweg kom je de prachtige Noorse natuur tegen en zijn er verschillende plekken waar je kan stoppen en genieten van het uitzicht. Genieten van het uitzicht kan onder andere van één van de bekendste uitkijkplatformen ter wereld, hier vandaan heb je uitzicht over de Aurlandsfjord! De 48 kilometer lange weg is in 1967 geopend, Met de aanleg van de Aurlandsvegen werd een doorgaande weg gerealiseerd tussen Laerdal en Aurland. Omdat het afleggen van de 48 kilometer lange weg enige tijd kost en de Aurlandsfjellet daarnaast in de wintermaanden niet begaanbaar was, werd eind vorige eeuw gestart met de aanleg van een tunnel. In het jaar 2000 werd de Laerdaltunnel geopend. Waar de toeristische route Aurlandsfjellet over de berg gaat, gaat de tunnel er dwars doorheen. Sinds het jaar 2000 is de Aurlandsfjellet een toeristische route geworden.

 

Sognefjellet (Noorwegen)

De toeristische route Sognefjellet is een bekende route die loopt langs de Sognefjord (➚) in Noorwegen. Met een lengte van in totaal 204 kilometer is dit de langste fjord van Noorwegen en behoort het tevens tot de langste fjorden ter wereld. De toeristische route Sognefjellet is in totaal 108 kilometer lang en brengt je op het hoogste punt naar 1434 meter boven zeeniveau, wat het de hoogste bergweg in Noord-Europa maakt. Onderweg passeer je niet alleen het prachtige landschap van het Jotunheimen Nationaal Park, ook zijn er langs de route diverse bezienswaardigheden. De weg heet officieel de Fylkesvei 55 en is een belangrijke toegangsweg tot het Jotunheimen Nationaal Park, waar de hoogste bergen van het land zijn gelegen. De 108 kilometer lange route verbindt de plaatsen Lom en Gaupne met elkaar. Onderweg gaat de route onder andere langs diverse plaatsen, uitkijkpunten en watervallen. De Sognefjellet is onderdeel van de National Scenic Routes, oftewel de mooiste routes van Noorwegen. De Noorse overheid heeft een lijst van 18 routes samengesteld, die officieel de hoogtepunten zijn van het land. Deze 18 routes worden ook wel de Nasjonale Turistveger of Norwegian Scenic Routes genoemd.

 

San Marcopas ( Passo San Marco), 1992 mtr (Italië) 

De San Marcopas (Italiaans: Passo San Marco) vormt in Italië de verbinding tussen Valtellina en Valle Brembana. Op de pashoogte loopt de grens tussen de provincies Sondrio en Bergamo. Het is de enige bergpas over de Orobische Alpen. Over het traject werd al in de 15e eeuw een weg gelegd door de Venetianen: de Via Priula. De San Marcopas is 's winters vanwege sneeuwval afgesloten voor verkeer. Vanuit het noorden begint de route op het Piazza Sant'Antonio in Morbegno. De weg begint meteen met haarspeldbochten over beboste hellingen. Als de weg het zijdal Valle del Bitto indraait wordt deze vlakker. Hier liggen drie kleine bergdorpen op een steenworp afstand van elkaar. Het grootste is Albaredo. Bij dit dorp liggen nog originele stukken van de Via Priula. De verdere tocht naar de pashoogte gaat met ruime bochten, licht stijgend door Valle del Bitto. De laatste 16 kilometers voert door nagenoeg onbewoond gebied.

 

Les Lacets de Montvernier, 782 mtr  (Frankrijk)

Houd je van haarspeldbochten? Dan moet je zeker eens naar de Franse Alpen gaan. Departement Savoie om precies te zijn. Daar vind je namelijk de Lacets de Montvernier, een asfaltsliert die bij het dorpje Pontamafrey begint. De naam van deze weg zegt al voldoende, want ‘lacet’ betekent ‘schoenveter’ in het Frans. De D77B, zoals-ie officieel heet, is niet heel lang, maar wel erg spectaculair. Een gemiddelde stijging van 8,5 procent en maar liefst zeventien haarspeldbochten. Eenmaal boven is het avontuur nog niet volledig afgelopen, want je kunt via verschillende dorpjes nog richting de top van de Col de Chaussy. De weg is geasfalteerd, maar niet van geweldige kwaliteit en af en toe zeer smal. Wel is het puur genieten van het uitzicht op de Belledonne-bergen. Na het dorpje Montpascal bereik je de top.

 

Douro vallei (Portugal)

Niet alleen in Duitsland, Frankrijk en Italië liggen mooie motorroutes. Wat dacht je van een route door de Douro vallei? Je moet er wel een stukje voor rijden, want de vallei ligt in Portugal. De 27 kilometer lange route telt in totaal 93 bochten en leidt je langs de betoverende vallei. De wijngaarden en dorpjes in de heuvels zorgen voor een mooi decor en vanuit elk punt zie je de rivier liggen.

 

Wrynose Pass (Engeland)

De Wrynose Pass in Engeland is de oudste Romeinse bergweg van Europa. De vele bochten, steile beklimmingen en vrije uitzichten maakt dit voor motorrijders een mooie bestemming. De route is daarnaast voorzien van een single-track route voor motoren. Dat betekent dat je op dat stuk geen andere voertuigen dan motoren tegenkomt. De Wrynose Pass loopt over in de Hardknott Pass, dat is de steilste beklimming van Engeland.

 

Sa Calobra (Mallorca)

Een motorritje op Mallorca spreekt je misschien niet aan vanwege de hogere temperaturen, maar wist je wel dat je op het Spaanse eiland de mooiste motorroutes kunt rijden? Er gaan verschillende routes naar Sa Calobra en ze zijn stuk voor stuk de moeite waard. Een weg vol haarspeldbochten leidt je langs afgronden en tussen de rotsformaties door naar het geheime pareltje van het eiland. De meeste toeristen die naar Mallorca gaan blijven op de bekende stranden. Je zult tijdens het maken van motorroutes weinig last van toerisme hebben.

 

Valparolepas 2168 mtr (Italië)

De weg over Valparolapas (Italiaans: Passo di Valparola) vormt de verbinding tussen de Italiaanse provincies Bolzano en Belluno. Op de pashoogte loopt ook de Italiaans/Duitse taalgrens. Aan beide zijden wordt een gemeenschappelijke taal gesproken: het Ladinisch. De zuidzijde van de Valparolapas loopt, op de eerste anderhalve kilometer na, over hetzelfde traject als de Falzaregopas.

 

De beklimming aan de noordzijde begint in de laatste gemeente van het Valle Badia: San Cassiano (Sankt Kassian). Een goede weg stijgt door het prachtig beboste dal naar Armentarola, beginpunt voor wandelingen in het Parco Naturale Fanes Sennes. Het landschap wordt woester en is met rotsblokken bezaaid. De pashoogte wordt iets na de provinciegrens bereikt. Iets lager ligt een groot bergmeer. De Valparolapas onderscheidt zich van de andere passen in de Dolomieten door het kale sombere rotslandschap. Iets na de pashoogte staat het zonderlinge verlaten militaire bouwwerk Tre Sassi. Dat is tussen 1897 en 1901 door de Oostenrijkers gebouwd om zich bij een eventuele Italiaanse aanval te kunnen verdedigen.

 

De afdaling in zuidelijke richting gaat de eerste anderhalve kilometer over een kale hoogvlakte. Aan de voet van de 2477 meter hoge Sasso di Stria aan de rechterkant, komt de weg uit op de Falzaregopas De pashoogte van de Falzarego wordt gedomineerd door de Monte Lagozuoi. Vanaf de pas gaat een kabelbaan omhoog naar deze 2802 meter hoge top. Het uitzicht op de Marmolada en de berggroep Cinque Torri is van hieruit schitterend.

 

De afdaling naar Cortina d'Ampezzo gaat langs de zuidhellingen van de Tofana, een van de hogere Dolomietenbergen. Na 10,5 kilometer takt bij het dorp Pocol de weg af naar de 2236 meter hoge Giaupas. Rechtdoor ligt vijf kilometer verder Cortina d'Ampezzo, de grootste plaats in de Dolomieten. Hier begint de klim naar de Tre Crocipas.

 

Assiettapas 2615 mtr (Italië)

In Italië ligt op de grens met Frankrijk een motorroute van 60 kilometer die je als avonturier een keer gereden moet hebben. Ruim 40 kilometer van de weg op de Assiettapas is namelijk onverhard. De Monte Gran Costa is met 2.615 meter het hoogste punt van dit gebied. Veel motorrijders komen met hun allroad motor naar dit gebied om de spectaculaire route in de bergen te rijden.  De laatste jaren is de allroad motor het meest populair. Veel motorrijders kunnen daarom gewoon met hun eigen motor naar dit gebied. Deze route is niet geschikt voor de zware jongens. Denk eerder aan motoren als de Yamaha Ténéré XT660R, de Honda Africa Twin en de BMW F800GS. Er zijn natuurlijk veel meer voorbeelden, maar je kunt zelf wel inschatten of jouw motor geschikt is voor de Assiettapas.

 

Triglav, 2864 mtr (Slovenië)

De Triglav is met 2864 m de hoogste berg van zowel de Julische Alpen als Slovenië. De berg ligt aan de grens tussen de regio's Gorenjska en Primorska (cq Goriška) tussen de gemeenten Mojstrana, Bohinj en Trenta. Triglav betekent de driekoppige, een verwijzing naar de vorm van de berg. (zie foto) De drie toppen staan voor het verleden, het heden en de toekomst; de berg geldt als nationaal symbool van de Slovenen. De Triglav ligt in het noordwesten van Slovenië, nagenoeg in het hart van het 838 km2 grote Nationaal park Triglav

 

Wild Atlantaic Way (Ierland)

The Wild Atlantic Way (Iers: Slí an Atlantaigh Fhiáin) is een toeristische autoroute langs de westkust en delen van de noord- en zuidkust van Ierland. De 2500 kilometer (1.553 mijl) lange route passeert door negen graafschappen (counties), gelegen in drie provincies, en strekt zich uit vanaf het schiereiland Inishowen, graafschap Donegal in de provincie Ulster tot Kinsale, graafschap Cork in de provincie Munster aan de kust van de Keltische Zee.

 

Bealach na Ba, 774 mtr (Schotland)

Bealach na Ba (Goidelisch voor pad van het vee) is een bergpas op het Schotse schiereiland Applecross. Het steile gedeelte overbrugt 626 m, vanaf zeeniveau tot vlak onder de heuvel Sgurr a' Chaorachain (774 m), via een aantal haarspeldbochten en hellingen van om en bij 20%. Het is een van de weinige wegen in Schotland die werd aangelegd via technieken voor wegaanleg in de Alpen. Hij verbindt Inner Sound met Tornapress, vlak bij Loch Kishorn. Via borden wordt gewaarschuwd dat deze weg, één rijvak met hier en daar passing places, niet in alle omstandigheden berijdbaar is en wordt afgeraden voor chauffeurs met weinig ervaring. Het is de op twee na hoogste weg van Schotland en tot midden de jaren zeventig van de 20e eeuw was het de enige verbinding via de weg met de rest van Schotland. In het verleden werd hij door veedrijvers gebruikt.

 

Col d'Izoard, 2360 mtr (Frankrijk)

De Col d'Izoard is een bergpas in de Franse Alpen. De beklimming van de noordkant start in Briancon. Het begint eigenlijk al meteen en gaat gelijk omhoog. Na zo'n 4 km vlakt de klim even af en heb je zelfs even het gevoel dat de weg naar beneden loopt. Als het gehucht Le Laus is gepasseerd is het met de rust gedaan. Een paar zeer steile kilometers door het bos met een aantal zeer smalle passages waar touringcars bijna de bochten niet kunnen halen langs de rotsen. De laatste 2 kilometers zijn de bomen verdwenen en is het een grote open vlakte. Op de top is een souvenirwinkeltje en staat er een grote zuil met de hoogte van deze zeer fraaie klim. De weg werd gebouwd in 1893-1897 door generaal Baron Berge. Er is een gedenkteken geplaatst op de top in 1934. De zuidkant is mooier en met name het Casse Deserte is indrukwekkend. Het is ruig en ongerept. Op 2 km onder de top staat een monument ter ere van de Fransman Lousion Bobet en de Italiaan Fausto Coppi

 

Col de Pourtalet, 1794 meter (Frankrijk)

Col de Portalet is een noord-zuid georiënteerde bergpas en verbindt de vallei van de Gave d'Osseau in Frankrijk met de vallei van de Río Gállego in Spanje. Het grootste hoogteverschil dient aan de Franse zijde overwonnen te worden, waar de Pyreneeën al snel overgaan in het laagland. Aan Spaanse zijde zijn de valleien hoger gelegen. Aan Spaanse zijde sluit de A-136 uit Biescas en Sabiñánigo aan, aan Franse zijde sluit de D934 uit Laruns en Pau aan. Het is één van twee bergpassen in dit gebied, iets westelijker ligt de Col du Somport, die ondertunneld is en daarom meer geschikt als route voor doorgaand verkeer. De pashoogte ligt boven de boomgrens en rond de pas heeft men uitzicht op de Cirque d'Anéou en de markante 2.884 meter hoge Pic du Midi d'Ossau. Vanwege het belastingverschil zijn op de pashoogte een aantal winkels aan de Spaanse zijde geopend. Aan Spaanse zijde liggen de skigebieden rond Formigal.

 

Col de l’Iseran, 2770 meter (Frankrijk)

Met een hoogte van 2770 meter is de Col de L’Iseran de hoogste verharde bergpas van de Alpen. De berg is vernoemd naar de rivier de Isère die aan de voet van de col, in wintersportplaats Val d’Isère, ontspringt. Aangezien de berg vrij afgelegen ligt, is het onder toeristen geen bekende bergpas. 

 

 

      

Col de la Cayolle, 2337 meter (Frankrijk)

De Col de la Cayolle is een 2337 meter hoge bergpas in de Franse Alpen die de verbinding vormt tussen Barcelonnette en Entraunes. De pashoogte vormt de grens tussen de departementen Alpes-Maritimes en Alpes-de-Haute-Provence. De pasweg is gewoonlijk van mei tot oktober voor verkeer geopend.  De route over de Col de la Cayolle doorkruist het Nationaal park Mercantour en loopt parallel aan de paswegen Allos, Moutière (onverhard) en Bonette. Vanaf de pashoogte leiden enkele gemarkeerde wandelpaden dieper het gebergte in.

 

Col D'Allos 2250 meter (Frankrijk)

De Col d'Allos is een 2250 meter hoge bergpas in de Franse Alpen die de verbinding vormt tussen Barcelonnette en Allos. De pasweg is gewoonlijk van mei tot oktober voor verkeer geopend. De route over de Col d'Allos loopt parallel aan de oostelijker gelegen paswegen Cayolle en Bonette. Ten zuiden van de pashoogte ontspringt de rivier de Verdon die verderop de Gorges du Verdon heeft uitgesleten.

 

Pas de Peyrol, 1783 meter (Frankrijk)

De Pas de Peyrol is een bergpas in het gebergte van de Monts du Cantal in de Franse regio Auvergne-Rhône-Alpes. De weg over de Pas de Peyrol is gekend als de hoogste doorgaande weg van het Centraal Massief. De pasweg gaat over een kam tussen de Puy Mary(1783 m) en de Puy de la Tourte (1704 m) en vormt een verbinding tussen de valleien van de Mars en de Santoire, twee rivieren die zich diep hebben ingesneden in de flanken van de oude stratovulkaan van de Cantal (de grootste stratovulkaan van Europa). Vanaf de col vertrekt een betonnen pad naar de top van de Puy Mary. Vanop de pas daalt ook een weg af naar de Col de Redondet (1531 m), die op de scheiding tussen de valleien van de Mars en de Jordanne ligt. Via de vallei van de Jordanne kan Aurillac bereikt worden.

      

Falzaregopas, 2117 meter (Italië)

De Falzaregopas (Italiaans: Passo Falzarego / Ladinisch: Fauzorego) vormt in Italië de verbinding tussen het Val Livinalongo en het Val boite waar Cortina d'Ampezzo ligt. De pas maakt ook deel uit van de Dolomietenweg samen met de Costalungapas en de Pordoipas. De route vanuit het westen begint in de wintersportplaats Arabba waar ook de weg naar de Campolongopas begint. De weg door het Val Livinalongo is goed en gaat afwisselend door weilanden en bossen. Na een lichte daling begint de weg weer te klimmen bij het dorpje Cernadoi. De weg gaat met haarspeldbochten omhoog door het ongerepte landschap. De laatste kilometers gaat met korte bochten omhoog, waarvan er een in een tunnel ligt. De pashoogte van de Falzarego wordt gedomineerd door de Monte Lagozuoi. Vanaf de pas gaat een kabelbaan omhoog naar deze 2802 meter hoge top. In noordelijke richting gaat de weg naar de nabije Valparolapas. Het uitzicht op de Marmolada en de berggroep Cinque Torri is van hieruit goed. De afdaling naar Cortina d'Ampezzo gaat langs de zuidhellingen van de Tofana, een van de hogere Dolomietbergen. Na 10,5 kilometer takt bij het dorp Pocol de weg af naar de 2236 meter hoge Giaupas. Rechtdoor ligt vijf kilometer verder Cortina d'Ampezzo, de grootste plaats in de Dolomieten. Hier begint de klim naar de Tre Crocipas.

 

Costalungapas, 1753 meter (Italië)

De Costalungapas (Italiaans: Passo di Costalunga / Duits: Karerpass / Ladinisch: Pas de Mont) ligt op de grens van de Italiaanse provincies Trente en Bolzano. Tevens is het de Italiaans-Duitse taalgrens, in het gebied ten oosten van de pas wordt zelfs nog een derde taal gesproken: Ladinisch. De Costalungapas is het gehele jaar geopend. Samen met de Passo Pordoi  en Falzaregopas vormt de Costalungapas de Dolomietenweg. De route naar de pas vanuit het westen begint in Cardano in het brede dal van de rivier de Isarco. Hier opent zich het Valle d'Ega (Eggental) dat in het eerste deel een kloof vormt. Na een aantal kilometer verbreedt het dal zich. De goede weg klimt door dichte bossen en tiroler dorpjes omhoog naar het Lago di Carezza. Het water heeft een helder blauwgroene kleur met op de achtergrond dichte naaldbossen waar de torens van de Latemar boven uitpriemen. Vlak na het meer ligt Carezza al Lago. Deze plaats is een belangrijk toeristenoord met grote hotels, een golfbaan en een bergbaan naar het Rifugio Paolina op 2126 meter hoogte. Bij Carezza al Lago takt aan de rechterkant de weg af naar de Nigrapas die langs de westflank van het Rosengartenmassief loopt. De pashoogte van de Costalunga ligt een drietal kilometers verder. Hier is het uitzicht op de zuidflank van de Rosengarten en de verderweg liggende Marmolada goed. De tien kilometer lange afdaling naar Vigo di Fassa verloopt gemakkelijk over bosrijke hellingen.

 

Mendelpas, 2236 meter (Italië)

De Mendelpas (Italiaans: Passo della Mendola) vormt de verbinding tussen het Cles in het Valle di Non en Appiano sulla Strada del Vino in Zuid-Tirol. Het begzadel is gelegen tussen de Monte Penegal (1737 m) en de Monte Roen. Over de bergpas loopt de SS42 die begint in het Lombardische Treviglio en eindigt in de stad Bolzano. De weg over de Mendelpas is aangelegd van 1880 tot 1885. In het begin van de Twintigste Eeuw was de pas een gerenomineerd vakantieoord. Enkele beroemde personen die er in deze periode verbleven zijn Frans Jozef I van Oostenrijk, Wilhelm Röntgen, Mahatma Gandhi en Elisabeth van Oostenrijk-Hongarije. Bij helder weer heeft men vanaf de pashoogte uitzicht op de Dolomieten in het noordoosten. Enkele bergformaties die duidelijk te zien zijn zijn Latemar, Rosengarten en Schlern. Nabij het hoogste punt takt in westelijke richting een vier kilometer lange weg af die naar de top van de Monte Penegal voert.

 

Passo di Fedaia (Italië)

De Fedaiapas (Italiaans: Passo di Fedaia) verbindt het Valle di Fassa in de Italiaanse provincie Trente met in het dal van de rivier de Cordevole in de provincie Belluno. De pashoogte ligt onder aan de voet van de hoogste berg van de Dolomieten: de 3342 meter hoge Marmolada. De pas is het gehele jaar berijdbaar. Vanuit Caprile voert een goede weg door het ruige Valle Pettorina waar eerst de Sottogudakloof gepasseerd moet worden. Na negen kilometer bereikt de weg Malga Ciapella. Dit is een klein wintersportcentrum met een skiverhuur, skischool, souvenirwinkel en enkele hotels. Een bergbaan gaat van hier naar de Marmoladagletscher op 3269 meter hoogte Na Malga Ciapella volgen de steilste drie kilometers van het tract over de pas (16%). De pashoogte is een vier kilometer lange hoogvlakte die voor het grootste deel in beslag wordt genomen door het stuwmeer Lago di Fedaia waarin het smeltwater van de Marmoladagletscher verzameld wordt. Aan de oostzijde van de pashoogte ligt nog een klein natuurlijk meer dat eveneens Lago di Fedaia heet. De Fedaiapas is een belangrijk uitgangspunt voor bergwandelingen naar bijvoorbeeld de Marmoladagletscher en over de Vial del Pian naar de Pordoipas. Op de pas is ook het oorlogsmuseum Museo della Grande Guerra 1914-18 gevestigd dat van eind mei tot eind september geopend is. De afdaling richting Canazei in het Valle di Fassa voert door het groene Valle dell'Avisio. Onderweg heeft men een goed uitzicht op het massief van de Marmolada in het zuiden. Via het plaatsje Penia wordt na veertien kilometer Canazei bereikt. Het is een belangrijke wintersportplaats met de nodige ski- en cabineliften. Canazei is ook het beginpunt voor de routes naar de Pordoi- en Sellapas.

 

GaviaPas (Italië, 2621 meter)

De Gaviapas (Italiaans Passo di Gavia) is een bergpas in de Italiaanse Alpen, in de regio Lombardije. Het is een van de hoogste paswegen van Europa. De weg voert dwars door het ongerepte Nationaal Park Stelvio. De weg is aangelegd in de Eerste Wereldoorlog voor de bevoorrading van Italiaanse soldaten die vochten in het Italiaans-Oostenrijks grensgebied. De pashoogte behoort tot de mooiste van de Alpen. Hier ligt het grote Lago Bianco met, naar het noorden, de berg San Matteo (3684 meter). Het Lago Nero ligt iets lager aan de zuidzijde van de pas. Hier bepaalt de berggroep van de Adamello het uitzicht. In het gebied zijn vele goed gemarkeerde wandelingen uitgezet. Gedurende de winter is de pas afgesloten vanwege de enorme sneeuwval. De pas is tot in mei en juni nog vaak afgesloten vanwege de grote hoeveelheid sneeuw.

 

Colle del Nivolet (2612 mtr, Italië)

De Colle del Nivolet behoort tot de hogere geasfalteerde bergpassen van Europa met zijn 2612 meter. Hij ligt midden in het Parco Nazionale Gran Paradiso in de Piëmontese Alpen. De pashoogte ligt op de grens van de provincies Turijn en Aosta. De Nivolet is alleen vanuit het zuiden berijdbaar, na de pashoogte kan men nog een paar kilometer doorrijden over het asfalt. De afdaling richting Pont in het Valsavarenche gaat verder over een steenslagweg waarvoor een verbod voor gemotoriseerd verkeer geldt. De weg naar boven vanuit de Povlakte voert langs het stadje Cuorgnè. Daarna gaat de weg geleidelijk stijgend verder door het Valle di Locana. De echte klim volgt na het, aan het Lago di Ceresole, gelegen Ceresole Reale. Over een afstand van 16 km wordt een hoogteverschil van 1000 meter overwonnen. Het landschap is in deze zone ongeschonden en erg ruw. In zuidelijke richting heeft men hier uitzicht op de berg Cima d'Oin en zijn gletsjer. 300 meter onder de pashoogte liggen twee stuwmeren; het één groen, het ander blauw. Een paar haarspeldbochten verder is de pas bereikt. Nét iets voor de daadwerkelijke pas is een fraai uitzichtspunt richting Ceresole.

 

Col Agnel (2744 mtr, Frankrijk)

De op een na hoogste col van de Franse Alpen, de Col Agnel, verbindt Frankrijk met Italië, ten oosten van het Lac de Serre-Ponçon. Vanaf de col heb je uitzicht op onder meer de bijna 4.000 meter hoge La Meije en aan de Italiaanse kant de Monte Viso (3.841 meter).

 

 

Col du Tourmalet (2115 mtr, Frankrijk)

De Col du Tourmalet is een bergpas in de Pyreneeën, in het zuidwesten van Frankrijk, departement Hautes-Pyrénées. De 2115 meter hoge passage is vooral bekend geworden dankzij de Ronde van Frankrijk, waar ze in 1910 voor het eerst in werd opgenomen. Geen enkele andere berg is sindsdien zo vaak beklommen als de Tourmalet. In de buurt van de top van de beklimming bevindt zich een monument ter nagedachtenis aan oud-Tourdirecteur Jacques Goddet. De Tourmalet is de hoogste geheel Franse Pyreneeënpas (de Port d'Envalira is hoger maar ligt gedeeltelijk in Andorra) en loopt van oost naar west door het skigebied Barèges-La Mongie, ook Domaine du Tourmalet genoemd.

 

Passo Dello Stelvio, 2758 meter (Italië)

Beroemde en ook drukke pas met 48 haarspeldbochten tot aan de top van deze Italiaanse Alpenreus! De Stelviopas ligt op de grens van de Italiaanstalige Lombardije en het Duitstalige Zuid-Tirol. Op de flanken van de Stelvio is tijdens de zomermaanden een gletsjerskigebied geopend.

 

Col de la Bonette, 2715 meter (Frankrijk)

De Col de la Bonette ligt in de Franse Alpen in het National Parc du Mercantour. Het is een ruige omgeving met ongerepte natuur waar dieren als wolven en lynxen nog altijd in het wild leven. Deze weg bereikt een hoogte van 2802 meter en is een van de hoogste verharde wegen in de Alpen.

 

 

Col du Galibier, 2645 meter (Frankrijk)

Op zowel motorrijders als wielrenners heeft de Col du Galibier een enorme aantrekkingskracht. Deze beroemde berg ligt middenin een van de populairste fietsgebieden van de Alpen. De in Frankrijk gelegen pas bereikt een hoogte van 2645 meter.

 

Mangart (Slovenië)

De Mangart is een berg in de Julische Alpen en ligt op de grens van Italië en Slovenië. De berg ligt tussen Tarvisio in Friuli-Venezia Giulia en Bovec in Slovenië. Bij opdraaien wordt je ontvangen met een bord met daarop een stijgingspercentage van 22%. Dat is maar deels waar. Er zal ongetwijfeld een stukje 22% in zitten, maar de percentages liggen veelal tussen de 8 en 10% met uitschieters naar 15%. Het is overigens geen makkelijke beklimming. De weg is smal en het is opletten met de tunnels, waarin het erg vochtig is. Het is verstandig een lampje mee te nemen en zeer voorzichtig af te dalen.

 

Vršič-pas (Slovenië)

De Vršič-pas (Italiaans Passo dell Moistrocca, Duits Werschetzpass ) op 1611 meter is de hoogste bergpas in het noordwesten van Slovenië. Over de pas loopt de regionale weg R206 tussen Kranjska Gora en de Trenta. Vršič betekent letterlijk "kleine piek". De Vršič-pas heeft 50 aarspeldbochten. De nummering begint bij Kranjska Gora van 1 t/m 24 tot de pashoogte. Over de top gaan de nummers door van 25 t/m 50 beneden. De pas werd aangelegd door Russische krijsgevangenen en werd eind 1915 geopend. Doel van de weg was om het leger te bevoorraden aan het front in het Isonzodal. Na de oorlog van 1918 tot aan de Tweede Wereldoorlog was de pashoogte de grens tussen Italië en Joegoslavië. Sinds 1945 is de hele pas bezit van Joegolavië en later Slovenië.

 

Timmelsjoch, 2509 meter (Oostenrijk/Italië)

De Timmelsjoch vormt de verbinding tussen het Oostenrijkse Tirol en het Italiaanse Zuid-Tirol. In de winter is de pas door de vele sneeuw echter gesloten. Wil je over de Timmelsjoch trekken, dan dien je tol te betalen. Het is de hoogste grensovergang van Oostenrijk.

 

 

Grossglockner Hochalpenstraße, 2504 meter (Oostenrijk)

 In de loop der jaren hebben al meer dan 50 miljoen mensen de panoramische tolweg naar Oostenrijks hoogste bergtop afgelegd. De weg werd aangelegd tussen 1930 en 1935 en was hiermee de eerste route die een gemotoriseerde oversteek over de Alpen mogelijk maakte. Tegenwoordig is de Großglockner Hochalpenstraße een toeristische hotspot. Vanaf de top heb je een prachtig uitzicht op de Großglockner (3798 meter).

 

Col du Grand Saint Bernard, 2469 meter (Zwitserland/Italië)

De Grote Sint Bernhardpas is de verbinding tussen het Zwitserse Wallis en het Italiaanse Valle d’Aosta. Dit is de plek waar het beroemde hondenras haar oorsprong vindt. In de 11 eeuw werd hier een klooster gesticht, dat er nog altijd staat, door Bernhard van Menton. De monniken hielpen met behulp van Sint-Bernardshonden in moeilijkheden geraakte reizigers. Al sinds de Romeinse tijd werd deze pas gebruikt als handelsweg. De prachtige pas bereikt een hoogte van 2469 meter.

 

Berninapas, 2328 meter (Zwitserland/Italië)

De Zwitserse Berninapas is een populaire toeristische trekpleister en de verbinding tussen Ober-Engadindal en Italië. De pas werd in 1910 voltooid en kreeg vooral bekendheid door de nabijgelegen spoorbaan. Vanaf de pas heb je een indrukwekkend uitzicht op de imposante Morteratschgletsjer. In tegenstelling tot veel andere bergpassen is de Berninapas het gehele jaar geopend.

 

Nockalmstrasse (Oostenrijk)

Deze Alpenstrasse is 34 kilometer lang. De Nockalmstrasse, pashoogte 2042 meter, is de zogenaamde droomstraat over de Nockalmen. De bouwtijd van deze weg was 61 maanden en de kosten voor deze weg bedroegen ongeveer 6.5 miljoen euro hetgeen neerkomt op bijna 200.000 euro per kilometer! Vandaar dat u in het toeristische wandelseizoen tolgeld dient te betalen.

 

Kaunertaler Gletscherstraße

(Oostenrijk)

De Kaunertaler Gletscherstraße is een tolweg in de Oostenrijkse Deelstaat Tirol die in 29 bochten vanaf het dorpje Grasse (gemeente Kaunertal), gelegen net ten zuiden van Feichten in het Kaunertal, aan het Gepatschspeicher en langs het Gepatschhaus voorbij voert tot aan het begin van de Gletsjer Weißseeferner op ongeveer 2750 meter hoogte. Aldaar bevindt zich het skigebied Kaunertaler Gletscher dat in 1980 werd geopend. De Kaunertaler Gletscherstraße is een voortzetting van de Landesstraße Kaunertalstraße (L18), die vanuit het Oberinntal door de rest van het Kaunertal loopt.

 

Silvretta Hochalpenstrasse (Oostenrijk)

De Silvretta is een bergmassief in de Oostenrijkse deelstaten Tirol en Vorarlberg en het Zwitserse kanton Graubünden. Het gebergte maakt deel uit van de Centrale Alpen van de Oostelijke Alpen. De bergtop Dreiländerspitze (3197 meter) markeert de grens tussen Tirol, Vorarlberg en Graubünden. Vorarlberg en Tirol worden met elkaar verbonden via de Silvretta Hochalpenstraße, die loopt over de bergpas Bielerhöhe (2032 meter).

 

Malta Hochalmstrasse (Oostenrijk)

Door het dal met de watervallen over de 14,4 km lange Malta Hochalmstraße komt u bij Oostenrijks hoogste staumeer met het nieuwe uitzichtsplatform met een adembenemende uitzicht.

 

 

Ötztaler Gletscherstraße (Oostenrijk)

De Ötztaler Gletscherstraße is een Oostenrijkse weg in de deelstaat Tirol. De weg begint in Sölden in het Ötztal, waar de weg zich afsplitzt van de hoofdweg door dit dal, de Ötztalstraße (B 186). De weg voert naar de Ötztaler gletsjers Rettenbachferner en Tiefenbachferner. Het deel van de straat dat voert naar de Tiefenbachferner verloopt door de hoogstgelegen tunnel van Europa. Aan het eind van deze tunnel bereikt de weg op een hoogte van 2829 meter het hoogstgelegen geasfalteerde punt van Oostenrijk. Deze weg is in de zomermaanden opengesteld voor gemotoriseerd verkeer (personenauto's en motoren; caravans en aanhangwagens niet toegestaan).

 

De Schwarzwaldhochstrasse (Duitsland)

De Schwarzwaldhochstrasse is een hoog gelegen panoramische weg Deze 65 kilometer lange panoramische weg loopt van Baden-Baden door het noordelijke Zwarte Woud naar Freudenstadt en is een must voor elke bezoeker in het Zwarte Woud. De Schwarzwaldhochstrasse, ook bekend als B500, is de oudste en misschien wel de mooiste route door het Zwarte Woud. Hij slingert omhoog naar de top van de Bühlerhöhe waar een hotel met internationale reputatie, ook genaamd Bühlerhöhe, is gevestigd. De weg loopt verder langs de bergen, met mooi uitzicht naar Freudenstadt aan de oostkant van het bos, en dat alles op hoogte tussen 800 en 1000 meter.

 

Grimselpas (Zwitserland)

De Grimselpas vormt de verbinding tussen de Zwitserse kantons Bern (Innertkirchen) en Wallis (Gletsch) en is een waterscheiding tussen Noordzee en Middellandse Zee. Vanuit het noorden kan de pashoogte bereikt worden via het Haslital. Vanuit Innertkirchen moet over een afstand van 25 kilometer een hoogteverschil van bijna 1500 meter overwonnen worden. De weg is goed uitgebouwd, breed en nergens bijzonder steil. Bij Handeck voert sinds 1926 de steilste kabeltrein ter wereld, de Gelmerbahn naar de Gelmersee en overspant een hangbrug (Handeckfallbrücke) het op deze plaats zeer smalle dal. Nabij de pashoogte liggen drie grote stuwmeren: de Grimselsee , de Räterichsbodensee en de Oberaarsee. Deze laatste is via een zes kilometer lange zijweg te bereiken. In dit meer wordt het smeltwater van de Oberaargletsjer opgevangen die op de oostflank van de 4.274 meter hoge Finsteraarhorn ligt. Het hospiz van de Grimselpas ligt op een rotspunt op een schiereiland in de Grimselsee op 1.980 meter hoogte, van waaruit men ook de Rhônegletscher ziet liggen. Op de kale pashoogte ligt de diepblauwe Totensee en staat een aantal gebouwen waaronder twee hotels en een kleine kapel. De afdaling richting Gletsch is maar kort, namelijk vijfeneenhalve kilometer. In Gletsch takt een weg naar links af richting Andermatt die over de Furkapas voert. De huidige pasweg is aangelegd in 1894. Vroeger vormde de pas samen met de zuidelijker gelegen Griespas een belangrijke verbinding tussen Noord- Zwitserland en Italië. Bron: Klimgeiten.nl

 

Simplonpas, 2008 Meter (Zwitserland)

De Simplonpas verbindt het Rhônedal in het Zwitserse kanton Wallis met het Val d'Ossola in de Italiaanse provincie Verbano-Cusio-Ossola. Over de Simplonpas loopt het traject van de H9S. Onder de pasweg loopt de 19,8 kilometer lange Simplon-spoorwegtunnel. De route werd voor het eerst veelvuldig gebruikt in de vroege middeleeuwen als handelsweg tussen Italië en Frankrijk. Napoleon liet de weg geheel vernieuwen zodat hij er met zijn artillerie over kon. De huidige Simplonpas behoort tot de best aangelegde bergpassen van Europa, met een gemiddelde wegbreedte van 6 meter. 's Winters blijft de pasweg geopend. De Simplonpas vormt de laagste overgang over de hoofdkam van de Alpen tussen de Col de l'Échelle en de Lukmanierpas . Het is de eerste berijdbare pas ten oosten van de Grote Sint-Bernhardpas en het Monte Rosamassief. De pas vormt de grens tussen Penninische Alpen in het westen en de Lepontische Alpen in het oosten. Verder vormt de pas de waterscheiding tussen de bekkens van de Rhône in het noorden en dat van de Ticino in het zuiden.

 

Malojapas (Zwitserland)

De Malojapas heeft een bijzondere eigenschap: hij heeft maar één steile kant, aan de westzijde. Vanuit het Italiaanse Chiavenna klimt hij in 32 km 1482 meter. Gedurende 49 km aan de andere kant (tot Zernez) verliest hij slechts 343 meter hoogte, en in de eerste 25 kilometer slechts ongeveer 100 meter. 

Albulapass (Zwitserland)

De Albulapass is een bergpas in de Zwitserse Alpen met een top die ligt op 2315 meter. Het Albuladal begint bij Thusis waar de river de Albula met de Rijn samenvloeit. De weg richting Tiefencastel loopt hoog boven de rivier die hier de donkere diepe Schinschlucht heeft uitgesleten waarover de drie Solisbruggen liggen. Voorbij Filisur begint het echte bergtraject. Hier ligt een tweede kloof, de Bergüner Stein. Vlak hierna ligt het laatste echte dorp voor de pashoogte, het karakteristieke bergdorp Bergün. De weg is inmiddels al wat smaller, maar nog steeds goed onderhouden. Vanaf het gehucht Preda wordt de begroeiing merkbaar dunner. Kronkelend stijgt de weg nu door het kale, met rotsblokken bezaaide, Teuvelstal. Op de 2315 meter hoge pas staat het Hospiz. De langste kant is de westkant vanaf Tiefencastel. De klim is bijna 31 km em heeft makkelijk eerste deel. In het midden van de klim een paar haarspeldbochten waar de percentages de 10% aantikken. Het laatste deel van de klim gaat over een smalle weg naar de top van 2315 meter. De naamplaat op de top is nog een echte klassieke van steen. De oostkant is beduidend korter en meet slechts 9 km.

 

Gotthardpas (Zwitserland)

De Sint-Gotthard, of  Gotthardpas (Duits: Sankt Gotthard-Pass, Italiaans: San Gottardo), was tot de aanleg van de Gotthardtunnel een drukke noord-zuid-verbindingsweg over de Alpen, de belangrijkste in de Zwitserse Alpen. De pas verbindt Andermatt in de Urseren-hoogvlakte in het kanton  Uri  met Airolo in het Valle Leventina in het kanton Ticino, en is gelegen in het gelijknamige Gotthardmassief. Het massief is vernoemd naar de heilige Gotthard uit Beieren. Hoogte van de pas is 2108 meter.

 

Splügenpass (Zwitserland)

De Splügenpass (Italiaans : Passo dello Spluga) is een bergpas in de Zwitserse Alpen met een top die ligt op 2113 meter. De bergpas verbindt het Zwitserse Hinterrheintal met het Italiaanse Val San Giacomo. De weg aan de noordkant is vanuit het dorpje Splügen bijna 9 km lang. De weg loopt omhoog via 2 groepen van haarspeldbochten, een groep van 6 bochten onderin en een groep van 14 bochten onder de top. Op de top is de grensovergang van Zwitserland naar Italië.

 

Sustenpass (Zwitserland)

De Sustenpass vormt de verbinding tussen Innertkirchen in het kanton Bern en Wassen in het kanton Uri. De naam van de pas komt van het woord "Sust" wat zoiets betekent als magazijn of warenhuis. Omdat de weg een handelsroute was werd het Sustenpass. De huidige weg is gebouwd tussen 1938 en 1945 en behoort hiermee tot de nieuwere Zwitserse paswegen. de kosten van de aanleg was destijds 32 miljoen Zwitserse frank. De Sustenpas wordt weinig gebruikt als doorgangsroute en is vooral voor het toerisme belangrijk. Om deze reden wordt de weg gedurende de winter niet sneeuwvrij gehouden.

 

Nufenenpas (Zwitserland)

Zwitserse Nufenenpas (Italiaans Passo della Novena) vormt de verbinding tussen het Duitstalige kanton Wallis en het Italiaanstalige Ticino. De weg is in 1964 geopend en is de hoogste, geheel op Zwitsers grondgebied gelegen pas. Doorgaans is de weg van eind oktober tot begin mei gesloten. Zelfs in hoogzomer kan er nog een pak sneeuw vallen op deze hoogte. Vanuit Ulrichen voert de weg door het woeste Ägenetal. Rond de 2000 meter-grens begint de weg met haarspeldbochten aan de finaleklim. Een paar kilometer voor de pashoogte takt er een weg naar rechts af. Deze voert richting de Griessee maar is verboden voor autoverkeer. De pashoogte op 2478 meter hoogte biedt een weids uitzicht op bijvoorbeeld de Finsteraarhorn. Op de pashoogte ligt een meer en bestaan er faciliteiten voor toeristen in de vorm van een kiosk en restaurant. De daadwerkelijke Nufenenpass ligt iets zuidelijker en is iets lager. Deze is te voet in 20 minuten te bereiken. De weg daalt af via het Valle Bedretto met zijn vele bergweiden. De eerste kilometers zijn nogal bochtig en daarna rustig dalend in oostelijke richting. Beneden aangekomen in Airolo kan men de Gotthardpas beklimmen of via de snelweg A2 richting Bellinzona of Luzern. (Bron: Wikipedia)

 

Furkapass (Zwitserland)

De Furkapass is een bergpas in de Zwitserse Alpen met een top die ligt op 2436 meter.De Furkapas begint in het Oberen Goms in het Wallis. Van Oberwald tot Gletsch lopen de routes van de Furkapas en de Grimselpas gelijk op. In Gletsch buigt de weg naar de Grimselpas in noordelijke richting af naar Meiringen in het kanton Bern.

Op 2272 meter hoogte, iets ten westen van de pashoogte, ligt het Belvédère Hotel. Daar begint een pad naar de Rhônegletsjer, de oorsprong van de Rhône. Na de pashoogte daalt de weg naar het dal Ursenen in Uri, met achtereenvolgens de plaatsen Realp, Hospental en Andermatt. De pasweg is afhankelijk van het weer over het algemeen gesloten in de maanden november tot en met mei. In de winter kan het verkeer in plaats van de pasweg de autotrein door de Furka-BasisTunnel gebruiken. De Matterhorn-Gotthard-Bahn (MGB) verzorgt regelmatig treinverkeer door de tunnel tussen Oberwald en Realp. De Furkapasweg is aangelegd van 1864 tot 1867, het betreft hier een uitbouw van de bestaande oude handelsroute. De Furkapas werd al in de tijd van de Romeinen gebruikt. In de 13e eeuw nam het economische belang toe en kwam het tot geregeld goederenvervoer over de pasweg. Vanaf 1867 reed een postkoets over de pas en vanaf 1921 de postbus. Op 28 september 2000 werd na 40 jaar bouwen in Gletsch het Walliser deel van de vernieuwde Furkapasweg ingewijd. Het ruim 10 kilometer lange traject van Gletsch naar de pashoogte is volledig verbreed. Hiermee is de vernieuwing van de autoroute vanaf Sion tot de pashoogte voltooid. Het Urner deel van de pasweg wacht nog op verbreding. Dit deel is op bepaalde plaatsen heel erg smal en erg bochtig.

 

Transfagarasan (Roemenië)

De Transfagarasan of nationale weg nummer 7C is een van de meest spectaculaire wegen ter wereld. De weg is 90 km lang en loopt door en over het Fagaras gebergte (trans + Fagaras) in Roemenië. De weg passeert het kasteel van Dracula en werd ook al voorgesteld door Top Gear in 2009. Presentator Jeremy Clarkson noemde de Transfagarasan toen de beste weg ter wereld. Reden genoeg om er is een kijkje te gaan nemen.

 

Păltaniș (Roemenië)

Păltaniș (Duits: Hohe Rinne) is een dorp in Transylvanië, Roemenië en ligt 35 km ten zuidwesten van Sibiu in de Karpaten. Het dorp ligt op 1440 meter hoogte en is daarmee het hoogste dorp van Roemenië. Het dorp werd gesticht door de Siebenbuergischer Karpatenverein (S.K.V.) in 1894. Het is een populaire wintersportplaats. De klim heeft 10 haarspeldbochten, waaronder een mooie serie van 6 dicht bij elkaar.

 

Transalpina (Roemenië)

De DN67C (Drum National 67C of Nationale weg 67C ), ook wel bekend alsTransalpina, is een weg in Roemenië. Hij loopt van Novaci naar Sebes. De weg is in totaal 148 kilometer lang. De Transalpina werd in 1935 geopend door koning Carol II van Roemenië. De weg had toen vooral een militair doel om snel de bergen over te steken. Pas in 2010 is de hele weg geasfalteerd en is deze pas ook voor racefietsers prima te doen.

 

Noorse fjorden (Noorwegen) 

Een trip langs de westkust van Noorwegen. We rijden van Bergen naar Trondheim langs fjorden, watervallen en prachtige berglandschappen. We rijden door de langste tunnel ter wereld, beklimmen het trollenpad en passeren tot slot over de spectaculaire Atlantische Route. (persoonlijk mijn favoriet!!)

 

 

 

Antrim Coast Road (Noord-Ierland) 

Een van de bekendste road trips ter wereld is een gedeelte van de A2, de Antrim Coast Road, in Noord-Ierland. Een groot gedeelte van deze weg slingert door de groene Ierse valleien en volgt zo de kustlijn. Sommige gedeeltes zijn zelfs gebouwd tussen 100m hoge kliffen en de zee. Spectaculair!

 

Ringweg (IJsland)

Deze staat garant voor 1300km vol avontuur en verassingen, lavavelden gaan over in besneeuwde bergtoppen en geven de indruk dat je misschien toch wel in Middle-Earth rondrijdt :-) Deze road trip is onvergetelijk op verschillende vlakken: relax in de natuurlijke heetwaterbronnen en zie stomende geisers, wandel over oeroude gletsjers en ontdek de diepe vulkaankraters. Ik heb de weg zelf gereden en kan dus uit ervaring zeggen dat deze weg op IJsland zeer de moeite waard is.

 

Amalfikust (Italië)

De Amalfikust, gelegen op de zuidelijke flanken van het schiereiland van Sorrento bij Napels, is één van de mooiste kustgebieden in Italië. Een landschap waar kliffen uit de zee oprijzen, en waar middeleeuwse dorpjes op terrassen in de heuvels zijn ingebouwd is wat je mag verwachten. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de Unesco besliste om dit unieke landschap toe te voegen aan de werelderfgoedlijst in 1996. De Amalfi kustweg, die we volgen, is een smalle baan die over de hoge klippen langs de Thyrreense Zee loopt. Voeg hieraan de prachtige omgeving en racende Italianen aan toe, en dit wordt een road trip om nooit te vergeten

 

Trollstigen (Noorwegen)

ook wel Trollenroute genaamd, is een deel van weg nummer 63 in Noorwegen van Åndalsnes naar het zuiden. Het is ongeveer 20 km lang.Het is een populaire toeristische weg met elf haarspeldbochten. De weg is geopend op 31 juli 1936 door koning Haakon VII na een bouwtijd van acht jaar. Oorspronkelijk was het een smalle weg waar auto´s elkaar op maar een paar plaatsen konden passeren. Na verbeteringen is het een goed berijdbare weg geworden. Bovenop de top is een uitkijkplatform, Trollstigheim geheten, waarvandaan er een mooi uitzicht is op de weg en de watervallen zoals Stigfossen. In de wintermaanden is Trollstigen gesloten. Zelfs in het voorjaar (mei-juni) is de weg naar de Trollstigen soms in de ochtend vanwege nachtvorst enkele uren gesloten. Rondom zijn de toppen van de Dronning (1568 m), de Kong (1593 m) en de Bispe (1475 m).

 

Col d'Allos (Frankrijk)

De Col d'Allos is een 2250 meter hoge bergpas in de Franse Alpen die de verbinding vormt tussen Barcelonnette en Allos. De pasweg is gewoonlijk van mei tot oktober voor verkeer geopend. De route over de Col d'Allos loopt parallel aan de oostelijker gelegen paswegen Cayolle en Restefond. Ten zuiden van de pashoogte ontspringt de rivier de Verdon die verderop de Gorges du Verdon heeft uitgesleten

 

 

Col de la Bonette  (Frankrijk)

De col de La Bonette heet de hoogste col van Europa te zijn. Dat is niet helemaal waar, want verschillende cols zijn hoger, en de echte Col de la Bonette is 'maar' op 2715 meter. Het zijn de laatste meters naar de Cime de la Bonette die extreem steil zijn en deze top hoger dan 2800 meter maakt! Maar het doet deze col te kort om hem zo ontkennend en negatief in te leiden. Want de la Bonette is een fantastische col, een spektakel om te beklimmen en een col waar je helemaal 'dood kunt gaan'. Vooral de laatste meters, na de echte col, moet je er even uitpersen, tegen de 15% De ideale top voor punchers met uithoudingsvermogen..... De Col de la Bonette is wel de hoogste col die ooit in de Tour de France heeft gezeten. Maar laten we de wedstrijd van 'de hoogste' maar even laten voor wat het is. Want de Col de la Bonette is ook zonder het predicaat 'de hoogste' een fantastische beklimming. Ten eerste is er het natuurschoon, de col loopt door het Nationale Parc van de Mercantour, een van de wildste plaatsen in Frankrijk. Hier leven wolven, lynxen en vele andere beesten in relatieve rust. Maar dat is niet alles. Je zou eigenlijk verwachten dat deze col, die midden in zo'n natuurgebied loopt van een slechte kwaliteit is. Natuurlijk is het geen snelweg, maar de weg is erg goed! Dus je kunt hier zonder problemen je dure carbonfiets over het asfalt sturen, want het zal niet op deze klim zijn dat je je fiets beschadigt. Op 8 kilometer van de top ligt een verlaten kazerne van de Franse berg-legereenheid de Chasseurs Alpins. Een spookstad. Ooit was het idee om hier een toeristisch park van te maken, maar dat is (gelukkig) nooit doorgegaan. Een mysterieuze sfeer geeft dit wel. De klim is lang, ondanks dat de klim nergens echt extreem steil is, is de klim over de hele lengte zwaar. Je hebt nergens rust en de stijgingspercentages schommelen behoorlijk zodat je hard moet werken om in een goed ritme te blijven. Let op deze klim ook op het temperatuurverschil. In het dal kan erg warm zijn terwijl het op de top bijna vriest.

Bron: http://www.klimgeiten.nl/

 

Col de Vars  (Frankrijk)

De Col de Vars is een 2109 meter hoge bergpas in de Franse Alpen die de verbinding vormt tussen Saint-Paul-sur-Ubaye en Vars. De pashoogte vormt de grens tussen de departementen Hautes-Alpes en Alpes-de-Haute-Provence. De pasweg is gewoonlijk het gehele jaar voor verkeer geopend.

 

 

 

Col de Rousset (Frankrijk)

De Col de Rousset is samen, met de Col de la Bataille, de toegang tot de Zuid-Vercors. Het verbindt het plaatsje Die gelegen aan de rivier de Drôme, met het nationaal park de Vecors. Op het hoogste punt van zo’n 1250 m, bevindt zich een 769 m lange tunnel die de poort is naar dit geweldige park de Vecors. Tevens vormt dit punt een natuurlijke grens tussen Noord- en Zuid-Alpen en dit merk je meteen aan het klimaat. Zo kan het in het dal van de Drôme enorm heet worden, terwijl het in de Vecor aangenaam koel is. De pass is goed geasfalteerd, maar let op de Fransen willen nogal eens wat kapot gereden bochten repareren, waarna ze naar goed Frans gebruik de boel niet opruimen en het split laten liggen. Zomers zijn er erg veel motorrijders te vinden, temeer omdat deze pas, in een uurtje te rijden is en je daarna een terrasje kunt doen in Die.

 

Col du Glandon (Frankrijk)

De Col du Glandon is een bergpas in de Franse Alpen. De bergpas is vooral bekend vanwege wielrenetappes in de Ronde van Frankrijk. De Col du Glandon is 1924 meter hoog, en situeert zich in het hart van het Grandes Rousses massief, naast de Col de la Croix-de-Fer. De route naar de Col is in 1898 geopend en is in 1912 verlengd naar de Col de la Croix-de-Fer. De route is slechts open van mei tot oktober, omdat hij de overige maanden onbegaanbaar is wegens sneeuw. De Col du Glandon behoort tot de gemeente Saint-Colomban-des-Villards.


Kijk voor nog meer passen op http://www.klimgeiten.nl/